1. Inleiding 9
2. Twee hoofdfiguren 11
2.1. H.J. Bellen 11
2.2. H. Westendorp 15
3. De acht grafvondsten nader bekeken 19
3.1. Ede, gem. Ede (1924, 1929) 19
3.2. Ginkelse Heide, gem. Ede (1927) 26
3.3. Lunterense Heide, gem. Ede (1928) 37
3.4. Ede, gem. Ede (1929) 43
3.5. Stroe, gem. Barneveld (1928?) 46
3.6. Nieuw-Milligen, gem. Apeldoorn (1930?) 52
3.7. Bennekom, gem. Ede (1891) 56
3.8. Rhenen, gem, Rhenen (1939) 59
4. De chronologische relatie van Klokbeker-Oostgroep en klokbekergroepen in noordwestelijk continentaal Europa op basis van het optreden van tongdolkjes, driehoekige pijlpunten en Lockenringe, en een beschouwing over de herkomst van de polsbeschermer 65
4.1. Nogmaals de culturele achtergrond van de klokbekergroepen in noordwestelijk continentaal Europa 65
4.2. De datering van maritieme klokbekers als uitgangspunt voor een chronologische discussie 67
4.3. De datering van de vroegste klokbekergraven in noordwestelijk continentaal Europa met grafgiften van Oostgroep-herkomst 68
4.4. De 14C-chronologie van de Klokbeker-Oostgroep en randgroepen 69
4.5. De herkomst van de smalle tweegatenpolsbeschermer 73
4.6 Een nadere beschouwing van de Lockenringe van de Klokbekercultuur 74
5. De chronologische relatie van Enkelgrafcultuur, Schnurkeramik en Klokbeker-Oostgroep, en de herkomst van de voetjesschalen van de Klokbeker-Oostgroep 79
5.1. Voetjesschalen van Enkelgrafcultuur en Klokbekercultuur in Denemarken, Noordwest-Duitsland en Nederland 79
5.2. Voetjesschalen in Ierland en Engeland 82
5.3. Voetjesschalen bij de SW-Deutsche Schnurkeramik 84
5.4. De voetjesschalen van de Klokbeker-Oostgroep 86
6. Conclusie 99
7. Summary 101
8. Dankbetuigingen 107
9. Literatuur 109
Bijlage 1 119









