In ‘Getimmerd verleden’ behandelt Tjalling Waterbolk de opgegraven houten gebouwen uit voor- en vroeghistorische tijd op de zand- en kleigronden van Noord- en Noordoost-Nederland. Van deze gebouwen is het hout van het opgaande werk volledig vergaan. Wat rest is vaak niet meer dan de verkleuring in de grond van de kuilen die zijn gegraven om daarin de palen te zetten, die het dak en de wanden van de huizen hebben gedragen. Alleen in de terpen kan ook nog iets van het hout zelf bewaard zijn gebleven.
Sinds de jaren ’20 van de vorige eeuw zijn in het gebied bij opgravingen al enkele honderden plattegronden van huizen opgetekend. Ze omvatten de gehele periode van de vroege bronstijd tot en met de middeleeuwen, dus meer dan 3000 jaar. Deze plattegronden laten een grote variatie in bouwplan zien. De auteur, die bij vele opgravingen persoonlijk betrokken was, onderscheidt 34 typen, die elk gedurende een periode van enkele eeuwen in gebruik zijn geweest. Deze typen worden beschreven en door een aantal voorbeelden geïllustreerd. Behalve de boerderijen worden ook de bijgebouwen besproken: schuren, losse stallen, spiekers, kuilhutten, waterputten, etc. Ook de omheiningen en de inrichting van de erven worden behandeld. Een apart hoofdstuk is gewijd aan gebouwen met een mogelijke rituele of religieuze functie: van de dodenhuizen uit de bronstijd tot de houten kerkgebouwen uit de middeleeuwen.
Het boek begint met een inleiding over de geschiedenis van het onderzoek en eindigt met een schetsmatige beschrijving van het gebouwde landschap in de verschillende perioden. Lijsten van opgravingen en van de betreffende publicaties completeren het boek. Dit richt zich niet alleen tot de praktiserende veldarcheoloog, maar ook tot de amateurarcheoloog. Deze zal zich een meer concreet beeld kunnen vormen van de woon- en werkomstandigheden van de mensen in het verleden, dan alleen op grond van bewaard gebleven aardewerkscherven en andere voorwerpen mogelijk is.
Recensies
“… eindelijk een goede en ruime samenvatting van wat in de afgelopen decennia over dit onderwerp van stukje tot beetje is verschenen in diverse publicaties en vakbladen… Hopelijk wordt dit boek als standaardwerk gezien…”. Erwin de Leeuw in Waardeel 3, 2009, 11-13.
Woord vooraf IX
1 Van grondverkleuring tot plattegrond 1
1.1 Inleiding 1
1.2 Paalgaten, standsporen, kuilen en greppels 1
1.3 Opgraving en registratie 2
1.4 Terminologie 3
1.5 Indeling in typen 4
2 Negentig jaar nederzettingsonderzoek 7
2.1 Inleiding 7
2.2 Preludium: 1916-1919 7
2.3 Terpen en grafvelden: 1920-1933 8
2.4 Driebeukige boerderijen: 1934-1957 14
2.5 Alle perioden worden verkend: van Wijster tot Gasselte 1958-1977 22
2.6 Controle en aanvullingen in Peelo, Dalen en elders: 1978-1996 29
2.7 Commerciële opgravingen bepalen het beeld 35
3 Woonstalhuizen; een herziene typenindeling 39
3.1 Inleiding 39
3.2 Neolithicum 41
3.3 Bronstijd 42
Type Hesel A 42
Type Hesel B 43
Type Emmerhout 43
Type Elp 49
Type Borger A 49
Type Borger B 49
3.4 IJzertijd 54
Type Een 54
Type Wachtum 54
Type Hatzum 55
Type Hijken 55
Type Dalen 64
Type Diphoorn 64
Type Colmschate (voorlopig) 64
Type Fochteloo A 68
Type Zeijen (voorlopig) 68
3.5 Romeinse tijd en volksverhuizingstijd 72
Type Midlaren (voorlopig) 72
Type Fochteloo B 72
Type Noordbarge 72
Type Wijster A 73
Type Peelo A 73
Type Wijster B 73
Type Wijster C 73
Type Peelo B 84
3.6 Middeleeuwen 86
Type Eursinge 86
Type Odoorn A 86
Type Odoorn B 86
Type Odoorn C 90
Type Leens 90
Type Zelhem 90
Type Odoorn C’ 94
Type Gasselte A 94
Type Gasselte B 94
Type Gasselte B’ 101
Type Pesse (voorlopig) 101
3.7 Onderlinge verwantschap van de typen 106
4 Typologische en geografische verschillen binnen het werkgebied 107
4.1 Inleiding 107
4.2 Bronstijd 107
4.3 IJzertijd 108
4.4 Romeinse tijd 108
4.5 Middeleeuwen 109
5 Bijgebouwen 111
5.1 Inleiding 111
5.2 Kleine huizen, stallen en schuren 111
Bronstijd 111
IJzertijd 111
Romeinse tijd 112
Vroege middeleeuwen 112
Karolingisch-Ottoonse tijd 112
5.3 Kuilhutten 122
5.4 Spiekers en platformen 125
5.5 Roedenbergen 129
5.6 Kelders 129
6 Waterkuilen en -putten 133
6.1 Inleiding 133
6.2 Zandgronden 133
6.3 Kleistreken 135
7 Begrenzingen van huizen, erven, akkers en veekralen 139
7.1 Inleiding 139
7.2 Palissaden 139
7.3 Sloten en wallen 139
7.4 Verdedigingswerken 142
8 Rituele structuren en gemeenschapsgebouwen 151
8.1 Inleiding 151
8.2 Neolithicum: bijenkorfgraven en paalstandsporen 151
8.3 Bronstijd: dodenhuizen en paalkransen 151
8.4 IJzertijd: afwijkende gebouwen 156
8.5 Romeinse tijd en vroege middeleeuwen: tempeltjes en hallen 156
8.6 Volle middeleeuwen: houten kerken 159
9 Erf, dorp, landschap 163
9.1 Inleiding 163
9.2 De zandgronden 164
9.2.1 Nieuwe tijd 164
9.2.2 Volle middeleeuwen 169
9.2.3 Vroege middeleeuwen 175
9.2.4 Romeinse tijd en volksverhuizingstijd 179
9.2.5 IJzertijd 182
9.2.6 Bronstijd 185
9.2.7 Neolithicum 187
9.3 De kleistreken 190
9.3.1 IJzertijd 190
9.3.2 Romeinse tijd 197
9.3.3 Vroege middeleeuwen 201
9.3.4 Volle middeleeuwen en Nieuwe tijd 202
Literatuur 209
Bijlage 1 221Lijst van opgravingen in het werkgebied, provinciegewijs alfabetisch geordend volgens historisch dorpsgebied (marke), met verwijzingen naar de betreffende publicaties en de daaraan ontleende afbeeldingen in dit boek.
Bijlage 2 227
Lijst van geciteerde opgravingen buiten het werkgebied, alfabetisch geordend per regio, met verwijzing naar de betreffende publicaties.
Bijlage 3 229
Overzicht van de voor de hulplijnen en grondsporen gebruikte kleuren.